Het regent en de feestdagen komen er weer aan. Nu klinkt het
alsof Annemerel gewoon normale familieleden heeft, die ook met kerst over een
redelijke mate van zelfbeheersing beschikken, maar jammer genoeg zijn de
kaarten niet voor iedereen zo geschud. Heb jij ook een luide, hongerige,
eigenwijze familie met erg veel meningen? Hoop jij ook ieder jaar dat iedereen
een keertje normáál gaat doen en jullie een Kerstmis zullen hebben net als in
de Amerikaanse films, met pyjama’s, warmte, cadeautjes, een gedekte tafel en
veel geknuffel en beschaafd gelach? Maar zit je in plaats daarvan tussen
schreeuwende ooms, huilende kinderen en overspannen moeders? Dan heb ik ten
eerste slecht nieuws voor je: als je denkt dat de feestdagen vreselijk gaan
worden, dan is dat waarschijnlijk ook zo. Het goede nieuws is dat ik
ervaringsexpert ben (zo hebben wij een hele kerstavond besteed aan de vraag of
water in het afvoerputje onder de evenaar linksom of rechtsom draait, en liep
het maken van een foto van de kleinkinderen uit op een trauma dat zelfs in toekomstige
generaties nog zal doorsijpelen) en dat je met deze toptips veel minder kans
maakt op een inzinking na de feestdagen.
1. Als je verantwoordelijk
bent voor een kerstmaaltijd, probeer dan geen nieuw recept uit. Ik herhaal, probeer
NIETS uit dat je inmiddels niet zo bekend is als een paar oude sokken. Het
enige nieuwe recept dat mij ooit gelukt is, is het recept ‘Confit de canard
voor sukkels’ van Sylvia Witteman, omdat… wel. Je moet je wel even het hoofd
breken over waar je jeneverbessen en ganzenvet vandaan haalt, maar misschien
hebben ze dat tegenwoordig gewoon bij de Albert Heijn. Ik waag me er in ieder
geval niet meer aan sinds ik niet meer student/werkloos ben, want je bent er
wel drie dagen mee bezig. Maar ben je een meester in pasta carbonara? Eet je
drie keer per week een schnitzel met gebakken aardappeltjes? Schroom er dan
niet voor dat op tafel te zetten. Trek wel alles uit de kast voor de nodige
afleiding. Kerststukjes, kaarsen (licht uit! Heel belangrijk), een oneindige
voorraad drank en onthoud: rucola is key. Alles is beter verkoopbaar ‘op
een bedje van rucola’.
2. Onderneem een activiteit.
Vaak ontstaat een landerige sfeer door op de bank hangen, te veel te drinken en
verplicht te converseren. Hoewel ik de laatste jaren wel op de vraag ‘Heb jij
nu al een vriendje?’ mijn antwoord heb weten te perfectioneren: ‘Nee, maar ik
heb wel een paar jonge minnaars.’ That will shut them up. (Vervolgtip:
zie hieronder) Dus: haal de sjoelbak tevoorschijn, of de vuurkorf, of een bordspel.
Ga koekjes bakken, maak een wandeling in de buurt, of buig je desnoods over een
kruiswoordpuzzel. Dan zullen er nog wel discussies ontstaan, maar die zijn in
ieder geval gericht.
3. Neem een minnaar. Als je
dan al tussen je gekke familie zit, waarvan de ene helft aan het discussiëren
is over Trump/WOIII en de andere helft ouwe koeien uit de sloot zit te halen
(ken je die van… JA.) en jijzelf zit of te bibberen, omdat je een veel te dun
jurkje aanhebt en de tuindeur is opengezet na voorgaand kalkoendebacle of je juist
voelt alsof je tot in het nieuwe jaar paars en opgezwollen zult zijn, kan het
altijd nog helpen om een sexy gesprek op de andere lijn te hebben. Vanwege de
feestdagen mag de waarheid met een korreltje zout worden genomen. Op de vraag
‘Wat doe jij nu?’ hoef je dus niet te antwoorden ‘Het huilen staat me nader dan
het lachen, maar m’n moeder staat erop dat ik ‘gezellig’ ben’, maar kun je
gerust iets terugsturen als: ‘Ik zit in bad met een borrel en m’n kerstmuts
op.’ Soms is fictie beter dan leven. Fictie is bijna altijd beter dan leven,
eigenlijk.
4. Als we echt ballen zouden
hebben, zouden we ons ziekmelden. Maar daar zijn we te laf voor, en bovendien
zouden onze moeders dat excuus niet accepteren. De enige andere noodgreep die
je nog toe kunt passen, is dat je eerder weg moet vanwege een project of een
afspraak met een vriendin. Dan nog zul je je eerst door een zee van
teleurstelling en schuldgevoelens moeten werken voor je de voordeur hebt
bereikt, maar dan heb je wel je vrijheid heroverd.
5. In godsnaam, maak een
planning. Plan wat je gaat dragen, wat je nog moet kopen en hoe laat je waar
wilt zijn. Zorg ook op momenten dat je niets te doen hebt, dat je wat nuttigs
onderneemt. Waarom? Zodat je niet na de feestdagen neerstort in een onopgeruimd
huis en een hoop stress. Plan de feestdagen alsof het een militaire missie is.
En jij de opperbevelhebber, duh.
6. When in a fashion
crisis, wear black. Zwart is Gods geschenk aan vrouwen voor de feestdagen.
Verhult een hoop zonden en ziet er altijd gekleed uit. Je kunt zelfs nog
wegkomen met een zwarte skinny en zwart shirtje, als je er nog een glitter hier
en daar tegenaan gooit.
7. Glitters.
8. Onthoud: derde kerstdag is
helemaal van jou. Haal van tevoren wat lekkers in huis en houd met jezelf een
kleine kersterige afterparty, met dikke sokken aan en Netflix op. Net als in de
Amerikaanse films.